Vandaag begin ik eindelijk aan deel 1 van mijn serie: koekjes bakken naar recept van Cees Holtkamp. We zijn in de verte familie van elkaar en delen van vaderskant ergens een overgrootvader of misschien wel bet-overgrootvader. In de Volkskrant werden begin dit jaar in tien afleveringen tien verschillende koekjes gebakken. Dus het leek me wel leuk om daar een kleine serie aan te wijden.
Het eerste koekje – het bokkenpootje – is een amandelkoekje, het deeg bestaat uit amandelmeel, suiker, eiwit en een heel klein beetje bloem. Ik besluit niet de standaard bokkenpootjes te maken, maar er een kleiner koekje van te bakken.
Wat vinden we ervan?
Het moeilijkste onderdeel van dit koekje is het stijf kloppen van de eiwitten. Gebruik een goed ontvette kom, dan heb je al bijna gewonnen. De smaak van de koekjes is super, ook zonder chocola. Lekker licht, luchtig krokant en niet te groot. Neem er dus gerust twee. 😉
Helaas staat in het recept niet aangegeven hoeveel koekjes je er van bakt. Omdat het lastig om te rekenen is, houd ik me aan het recept en bak ik 50 kleine en 6 grote koekjes.
Wat heb je nodig:
- 60 g fijne suiker (voor bij de eiwitten)
- 3 eiwitten (100 g)
- snufje zout
- 100 g amandelmeel (of amandelschaafsel)
- 100 g fijne suiker (voor bij het meel)
- 20 g bloem
- 1 el amandelschaafsel (om te bestrooien)
- ca. 250 g pure chocolade (liefst in pastilles)
Benodigdheden:
- glazen of metalen kom en een mengkom voor het meel
- citroensap of azijn (om de kom mee te ontvetten)
- handmixer of keukenmachine
- spuitzak met een glad spuitmondje van ca. 10 mm
- 2 bakplaten bekleed met bakpapier
Hoe maak je het:
- Verwarm de oven voor op 170 graden Celsius hetelucht (of 185 graden onder- en bovenwarmte).
- Meng 100 g suiker, bloem en amandelmeel. Heb je geen amandelmeel, dan kun je het amandelschaafsel samen met suiker en bloem ook fijnmalen.
- Ontvet de kom met een beetje citroensap of azijn op een stuk keukenpapier. Splits de eieren. Ben je niet heel vertrouwd hiermee en heb je geen keukenhulpje, doe dit dan boven een apart kommetje. Is het gelukt, giet het eiwit dan over in de grote kom. Op die manier voorkom je dat je weer helemaal opnieuw moet beginnen als het bij het derde ei fout gaat.
Klop de eiwitten stijf met een snufje zout. Als de eiwitten vlokkerig worden voeg je een beetje suiker toe. Klop op gemiddelde stand tot de suiker is opgenomen. Voeg dan pas een volgende beetje suiker toe. Als alle suiker helemaal is opgenomen, kun je het amandelmeel er door spatelen met een metalen lepel. Doe dit rustig, zodat je niet alle lucht uit het eiwit roert.
- Schep het beslag in de spuitzak en spuit kleine bergjes van ca. 2 cm doorsnede, streepjes van ca. 6 cm (voor bokkenpootjes) of cirkels voor grotere koekjes op het bakpapier. Houd voldoende afstand, want de koekjes zetten tijdens het bakken nog uit.
Ik had beide bakplaten nodig voor alle beslag. Bestrooi het beslag met amandelschaafsel.
Bak de koekjes in 15 minuten gaar. Als je oven geen hetelucht heeft, kan het zijn dat je de koekjes in 2 keer moet bakken. Door hetelucht wordt de warmte in de oven “rond geblazen” door een ventilator, waardoor de warmte goed verdeeld wordt. Lees er evt. de gebruiksaanwijzing van je oven op na.
- Laat de koekjes helemaal afkoelen.
- Hak de chocolade fijn en doe 2/3 in een kommetje. Smelt de chocolade op een lage stand in de magnetron, zodat hij niet verbrandt. Gesmolten chocolade heeft een temperatuur van ongeveer 40-45 graden. Door er nu de overige chocolade bij te voegen en te roeren tot het gesmolten is, koelt de chocolade af tot een temperatuur van ca. 32 graden. Als hij nu stolt, krijgt de chocola een mooi glanslaagje.
Doop nu de koekjes in de chocolade, laat even uitdruppen en leg op de bakplaat terug. De kransjes kun je ook met behulp van een lepel decoreren.
Laat de chocolade op een koele plek (maximaaal 16 graden) uitharden.TIP: Bewaar de afgekoelde koekjes in een luchtdichte bus. Ik las in een ander recept dat koekjes met veel suiker vocht aantrekken en dus snel zacht worden.Bereidingstijd:
Voorbereiden: 30 minuten
Bereiden: 25 minuten